Foto 1: Bronzen penning van het verzet. Penning gedenkt het lijden in de concentratiekampen.
Aanvragen
Bij elke aanvraag in het kader van de wetten voor oorlogsgetroffenen, ongeacht voor welke wet, moet door een begeleidende instelling een rapport worden opgesteld, dat als basis dient voor de uiteindelijke beoordeling. In het kader van WBP is dat een zogeheten 'verzetsrapport' en in het kader van WUV en WUBO een zogeheten 'sociaal rapport'.
Bij de uitvoering van de WBP, WUV en WUBO is een belangrijke taak weggelegd voor de afdeling Aanvragen van Stichting 1940-1945. Medewerkers van Stichting 1940-1945 geven voorlichting over de diverse wetten voor oorlogsgetroffenen en zij stellen sociale rapporten op aan de hand waarvan door de Pensioen- en Uitkeringsraad (PUR) en/of de Sociale Verzekeringsbank (SVB) wordt beslist of er rechten kunnen worden ontleend aan één van die wetten.
In het kader van de WBP moet worden onderzocht of er inderdaad sprake is geweest van verzet in de zin van de wet. De resultaten van dit onderzoek worden neergelegd in een verzetsrapport, samen met een beschrijving van de levensomstandigheden van de aanvrager vóór, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Stichting 1940-1945 stelt het verzetsrapport in het kader van de WBP op. Op basis van het verzetsrapport wordt een verzets- en waardigheidsverklaring afgegeven.
Ook dat gebeurt voor de WBP door Stichting 1940-1945.
In het kader van de WUV en de WUBO moet worden onderzocht of er inderdaad sprake is geweest van vervolging of van oorlogsgeweld. Stichting 1940-1945 vervaardigt de rapportages in het kader van de WUV en de WUBO voor aanvragers die Stichting 1940-1945 hebben gekozen als begeleidende instelling.
Uitgebreide informatie over de wetten voor oorlogsgetroffenen en bij het doen van een aanvraag verwijzen wij u naar de website van de
SVB afdeling verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen
​
​